Beroepsleven landprofiel voor Spanje

Dit profiel beschrijft de belangrijkste kenmerken van het beroepsleven in Spanje. Het is bedoeld om de relevante achtergrondinformatie te verstrekken over de structuren, instellingen, actoren en relevante regelgeving met betrekking tot het beroepsleven.

Dit omvat indicatoren, gegevens en regelgevingssystemen met betrekking tot de volgende aspecten: actoren en instellingen, collectieve en individuele arbeidsverhoudingen, gezondheid en welzijn, beloning, arbeidstijden, vaardigheden en opleiding, en gelijkheid en non-discriminatie op het werk. De profielen worden systematisch om de twee jaar bijgewerkt.

In dit hoofdstuk worden de recente ontwikkelingen op het gebied van stakingen besproken, waarbij het aantal werkdagen wordt aangegeven dat verloren is gegaan door stakingen. Het bespreekt de juridische en institutionele – zowel collectieve als individuele – mechanismen die worden gebruikt om geschillen op te lossen en de omstandigheden waarin ze kunnen worden gebruikt.

Het stakingsrecht is geregeld in Koninklijk Wetsbesluit 17/1977, de Spaanse grondwet en een uitspraak van het Constitutionele Hof (nr. 11/1981).

Volgens deze voorschriften zijn er twee soorten industriële acties: de staking (la huelga) en de lock-out (cierre patronal). Een staking is een collectieve actie van werknemers die bestaat uit de overeengekomen terugtrekking van hun arbeid. Het is normaal gesproken gericht tegen de werkgever om het collectieve onderhandelingsproces te ondersteunen en naleving van wettelijke of contractuele voorschriften af te dwingen.

Aan de andere kant is een lock-out een collectieve actie die eenzijdig door de werkgever wordt ondernomen en bestaat uit de volledige of gedeeltelijke stopzetting van de productieactiviteit. De basis kan de fysieke sluiting van het bedrijf zijn, of een andere maatregel die wordt genomen om het uitvoeren van werken te verhinderen. Om het stakingsrecht te beschermen, staat de Spaanse wetgeving uitsluitingen alleen toe als mensen of eigendommen in gevaar zijn, als politiemaatregel. Ze zijn echter een maatregel die zelden door werkgevers in de praktijk wordt gebracht.

In Spanje kan een staking worden uitgeroepen door de meerderheid van de werknemersvertegenwoordigers op de werkplek, door alle werknemers van een bedrijf (met gewone meerderheid) en door de vakbonden die representatief zijn in een sector. De beslissing om een staking uit te roepen moet vijf dagen voor de staking aan de onderneming en aan de arbeidsautoriteit worden meegedeeld. Voor beursgenoteerde bedrijven is de opzegtermijn 10 dagen. Ten slotte moet er ook een stakingscomité worden opgericht dat bestaat uit maximaal 12 leden.

Tijdens de staking worden arbeidscontracten opgeschort. Het stakingsrecht is een individueel recht dat collectief wordt uitgeoefend. Individuele werknemers zijn dus vrij om te kiezen of ze al dan niet deelnemen.

De enige stakingen die verboden zijn, zijn politieke stakingen, solidariteitsstakingen en stakingen die tot doel hebben een geldende collectieve overeenkomst aan te vechten; Spanje heeft echter een traditie van dit soort stakingen, vaak in de vorm van een algemene staking (vanwege het verbod op de specifieke soorten).

Onlangs, in het jaar 2015, werd als gevolg van de hervorming van het Spaanse Wetboek van Strafrecht (Organieke Wet 1/2015) een wijziging doorgevoerd in de stakingskwestie. Artikel 315, lid 3, bepaalt dat degenen die in een groep of individueel, maar in overeenstemming met anderen, andere mensen dwingen een staking te beginnen of voort te zetten, moeten worden gestraft met een gevangenisstraf van 1 jaar en 9 maanden tot 3 jaar of met een boete en 18 maanden tot 24 maanden gevangenisstraf.

Prevalentie van verschillende vormen van vakbondsacties, 2010-2019

Form

Prevalence (%)

Work-to-rule or refusal to do overtime

n.a

Work stoppage or strike lasting less than a day

14

Strike lasting a day or more

24

Blockade or occupation

3

Toelichting: Percentage van de particuliere ondernemingen die enige vorm van vakbondsactie hebben gemeld gedurende de aangegeven periode. n.v.t., niet beschikbaar.

Bron: Eurofound, Europese bedrijvenenquête 2019

Ontwikkelingen in vakbondsacties, 2012-2022

 

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

Total working days lost

1,290,114

1,098,480

620,568

497,483

388,912

851,444

907,631

858,401

540,579

484,535

637,563

Number of strikes

878

994

777

615

641

731

726

898

487

606

679

Main reasons

Labour reasons: 825

Non-labour reasons: 53

Labour reasons: 952

Non-labour reasons: 42

Labour reasons: 682

Non-labour reasons: 95

Labour reasons: 572

Non-labour reasons: 43

Labour reasons: 614

Non-labour reasons: 27

Labour reasons: 723

Non-labour reasons: 8

Labour reasons: 710

Non-labour reasons: 16

Labour reasons: 886

Non-labour reasons: 12

Labour reasons: 466

Non-labour reasons: 21

Labour reasons: 562

Non-labour reasons: 44

Labour reasons: 563

Non-labour reasons: 116

Bron: Ministerie van Arbeid en Sociale Economie, "Stakingen ontwikkeld, werknemers deelnemend en niet-gewerkte dagen, naar sectorale, institutionele, territoriale en motivationele aspecten" ("Huelgas desarrolladas, trabajadores participantes y jornadas no trabajadas, por ámbitos sectorial, institutional, territorial y por motivación"), Statistisch Jaarboek 2022.

Mechanismen voor collectieve geschillenbeslechting

In 1996 werd de Overeenkomst betreffende de buitengerechtelijke beslechting van arbeidsconflicten (Acuerdo de Solución Extrajudicial de Conflictos) gesloten. Het werd in 2020 verlengd tot 2024 door de UGT, CCOO (de vakbonden) en de CEOE en Cepyme (de werkgeversorganisaties). Dit akkoord opende de deur voor de oprichting van een private stichting die wordt beheerd door de Interconfederale Dienst voor Bemiddeling en Arbitrage, die volledig door de staat wordt gefinancierd en autonoom wordt beheerd door de sociale partners. Het biedt gratis diensten aan, vergelijkbaar met die van de paritaire instellingen van de gemeenschappen.

Volgens de overeenkomst omvatten de procedures en aspecten die aan bod komen:

  • de interpretatie en toepassing van een staatswet, collectieve arbeidsovereenkomst, overeenkomst of pact, ongeacht de doeltreffendheid ervan, of een besluit of praktijk van de onderneming

  • conflicten die voortvloeien uit de onderhandelingen over een collectieve overeenkomst die de blokkade ervan met zich meebrengen

  • conflicten die leiden tot een blokkade in een onderhandeling of overeenkomst

  • conflicten die voortvloeien uit een oproep tot een staking of uit regelingen voor beveiligings- en onderhoudsdiensten in geval van een staking

  • conflicten die gevolgen hebben voor verschillende werkcentra van een onderneming, groep van ondernemingen of verbonden ondernemingen, die zich in verschillende autonome gemeenschappen bevinden

Daarnaast werden sinds het einde van de jaren 1990 verschillende regionale arbitrage-instellingen opgericht door middel van overeenkomsten van de sociale partners in Andalusië, de Balearen, Catalonië, Cantabrië en Castilië-La Mancha. In 2022 kondigde de regionale regering van Castilië-La Mancha, gevormd door een coalitie van extreemrechtse en conservatieve partijen, de sluiting aan van de regionale dienst voor arbeidsverhoudingen, wegens gebrek aan financiering (La Razón, 2023).

Individuele geschillenbeslechtingsmechanismen

In het geval van individuele conflicten zijn er in de eerste plaats wetsconflicten, d.w.z. conflicten die betrekking hebben op de interpretatie van wetten of voortvloeien uit de uitvoering van collectieve arbeidsovereenkomsten. Deze conflicten kunnen worden onderworpen aan een gerechtelijke procedure die van start gaat zodra de rechtszaak door een van beide partijen is aangespannen, na een verplichte poging tot verzoening in de administratieve zetel door middel van bemiddelingsorganen die zijn opgericht door middel van overeenkomsten tussen de vakbonden en werkgeversorganisaties.

Wat administratieve conflicten betreft, wordt de bemiddelingsprocedure uitgevoerd in aanwezigheid van een door de staat aangewezen bemiddelende advocaat, wiens rol beperkt is tot het louter bevorderen van een verstandhouding. Hij of zij zal zich onthouden van het doen van voorstellen. Als de twee partijen er niet in slagen om tot overeenstemming te komen, kunnen ze een beroep doen op institutionele arbitrage. Via dit proces onderwerpen de partijen, naar eigen goeddunken, hun conflict aan de beslissing van een persoon buiten de justitiële administratie (een ambtenarenadvocaat die door de staat wordt benoemd en geen rechter is). Hij of zij zal een bindende beslissing uitvaardigen die moet worden nageleefd en die dezelfde werking zal hebben als een uitspraak van een rechter waartegen geen beroep kan worden aangetekend. Als het proces van verzoening en/of arbitrage zonder akkoord wordt afgesloten, zal de volgende fase worden uitgevoerd voor de sociale rechtbanken.

Tot slot kunnen conflicten worden voorgelegd aan de sociale rechtbanken. Deze zijn georganiseerd op basis van hun rechterlijke bevoegdheden op regionaal niveau (High Court) en op nationaal niveau (het National Court en het Supreme Court).

De onderstaande tabel geeft informatie over het aantal collectieve conflicten dat wordt opgelost via gerechtelijke mechanismen en het aantal conflicten dat wordt beheerd via de Interconfederale Bemiddelings- en Arbitragedienst en regionale buitengerechtelijke geschillenbeslechtingsmechanismen. Wat we kunnen vaststellen is dat met het economisch herstel (2012-2020) het aantal conflicten dat via gerechtelijke of buitengerechtelijke mechanismen wordt opgelost, zeer aanzienlijk is afgenomen. Uit de laatste cijfers voor 2021 blijkt echter een toename van het aantal kwesties dat via verschillende geschillenbeslechtingsmechanismen wordt behandeld. Deze trend kan worden verklaard door de massale invoering van werktijdverkortingsregelingen, waardoor bedrijven hun werknemers tijdens de eerste zes maanden van de pandemie niet konden ontslaan.

Gebruik van mechanismen voor collectieve geschillenbeslechting, 2012-2021

 

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

Judicial mechanisms

 

Total

352,998

354,278

356,427

364,356

343,779

334,724

333,434

339,108

282,153

399,849

Judicial collective conflicts

2,726

2,920

3,618

2,934

3,053

2,294

2,147

2,031

2,162

2,528

Judicial individual conflicts

275,867

276,959

273,057

267,794

249,908

243,638

245,674

252,753

214,614

296,689

Social Security issues

74,405

74,399

79,752

93,628

90,818

88,792

85,613

84,324

65,377

100,632

Non-judicial mechanisms

Total

523,471

551,421

475,383

426,389

422,156

432,564

449,521

481,183

313,247

337,581

Issues solved by mediation and arbitration units

 

Total

488,185

513,406

442,579

397,719

392,731

397,554

429,558

460,119

294,354

315,057

Collective conciliation

806

796

554

396

391

432

665

656

476

580

Individual conciliation

487,331

512,.421

441,934

397,281

392,294

397,093

428,893

459,463

293,878

314,477

Mediation

48

189

91

42

46

29

    

Issues solved through the regional out-of-court mechanisms for dispute resolution

Total

35,286

38,015

32,804

28,670

29,425

35,010

17,445

21,720

18,893

22,524

Individual conciliation

29,932

30,405

27,479

23,789

24,321

29,894

12,552

16,678

14,765

17,947

Collective conciliation

5,308

7,541

5,283

4,832

5,062

5,073

4,850

5,016

4,109

4,711

Arbitration

46

69

42

49

42

43

43

26

19

13

Opmerking: SIMA, Interconfederale Dienst voor Bemiddeling en Arbitrage.

Bron: Jaarstatistieken van het Ministerie van Werkgelegenheid en Sociale Economie.

Flag of the European UnionThis website is an official website of the European Union.
How do I know?
European Foundation for the Improvement of Living and Working Conditions
The tripartite EU agency providing knowledge to assist in the development of better social, employment and work-related policies