Beroepsleven landprofiel voor Luxemburg
Dit profiel beschrijft de belangrijkste kenmerken van het beroepsleven in Luxemburg. Het is bedoeld om de relevante achtergrondinformatie te verstrekken over de structuren, instellingen, actoren en relevante regelgeving met betrekking tot het beroepsleven.
Dit omvat indicatoren, gegevens en regelgevingssystemen met betrekking tot de volgende aspecten: actoren en instellingen, collectieve en individuele arbeidsverhoudingen, gezondheid en welzijn, beloning, arbeidstijden, vaardigheden en opleiding, en gelijkheid en non-discriminatie op het werk. De profielen worden systematisch om de twee jaar bijgewerkt.
In de Luxemburgse grondwet staat: "De vakbondsvrijheden zijn gewaarborgd. De wet regelt de uitoefening van het stakingsrecht." Het recht om een stakingsactie te beginnen is afhankelijk van de inachtneming van de voorafgaande bemiddelingsprocedures. Elk arbeidsconflict dat zich in een onderneming voordoet, moet – vóór elke onderbreking of stopzetting van het werk – worden voorgelegd aan het nationale bemiddelingsbureau (Office National de Conciliation, ONC). Wanneer de bemiddelingsprocedure is afgerond, stelt de ONR een nota op waarin de nog geschilpunten worden vermeld. Zodra de niet-verzoening is uitgesproken, kunnen de partijen in het conflict het geschil nog steeds voorleggen aan arbitrage door een door de regering benoemde voorzitter. Zodra de arbiter is aangewezen, hebben beide partijen de vrijheid om deze te accepteren of af te wijzen. Als zij de arbiter aanvaarden, zijn zij verplicht de beslissing van de arbiter te aanvaarden. Anders, als pogingen tot verzoening en arbitrage niet succesvol blijken te zijn, kan een staking rechtmatig worden geïnitieerd en vormt de deelname van een werknemer aan een dergelijke staking geen reden voor ontslag. Bovendien is het niet toegestaan om tijdens de geldigheidsduur van een cao te staken in kwesties die in een cao zijn geregeld. Afgezien van stakingen, die in Luxemburg uiterst zeldzaam zijn, bestaan andere arbeidsconflicten voornamelijk uit demonstraties. Er zijn al enkele jaren geen gegevens meer gepubliceerd over stakingen in Luxemburg.
Mechanismen voor collectieve geschillenbeslechting
De cultuur van de arbeidsverhoudingen is gebaseerd op vertrouwen en discussie tussen de sociale partners. In een rapport van het Centre for Population, Poverty and Public Policy Studies (CEPS)/Instead (Rey, 2010) wordt gewezen op het lage aantal arbeidsconflicten in Luxemburg. Alle vier de studies die door CEPS/Instead worden geciteerd, tonen een afwezigheid van collectieve actie en stakingen. In het verslag wordt uiteengezet dat deze "sociale vrede" het resultaat is van verschillende manieren van geschillenbeslechting, zoals de bemiddeling die door de ONR wordt gefaciliteerd (zie de rubriek "Juridische aspecten"). Als de bemiddeling voor de ONC geen resultaat oplevert, kunnen de sociale partners vragen om de aanwijzing van een arbiter.
Individuele geschillenbeslechtingsmechanismen
Een werkgever of werknemer kan het ITG vragen om een individueel arbeidsconflict op te lossen. Als de partijen overeenkomen de aanbeveling die uit de bemiddeling voortvloeit, te aanvaarden, wordt het geschil geacht te zijn opgelost (arbeidswetboek, artikel L. 652-1). Dergelijke initiatieven zijn echter zeldzaam en er zijn geen gegevens beschikbaar.
Gebruik van alternatieve mechanismen voor geschillenbeslechting
In zijn jaarverslag verstrekt het ministerie van Arbeid gegevens over het aantal gevallen van collectieve geschillen dat door het nationale bemiddelingsbureau is onderzocht.
Aantal zaken waarbij gebruik wordt gemaakt van alternatieve geschillenbeslechtingsmechanismen, 2012-2021
| 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | |
| Conciliation (ONC) | 7 | 6 | 8 | 2 | 4 | 9 | 16 | 9 | 4 | 4 |
Opmerking: ONC, Nationaal Bemiddelingsbureau.
Bron: Jaarverslagen van het ministerie van Arbeid